Emigratie onderneming en B.V.
Als een B.V. of een onderneming gaat verhuizen / emigreren naar een ander land, dan zal de onderneming in Nederland meestal worden beëindigd. In mei 2012 heeft de Staatssecretaris een nieuwe wet gemaakt, dit wetsvoorstel is in december 2012 bij de Tweede Kamer neergelegd. In dit artikel een verdiepingsartikel over dit onderwerp, de emigratie van uw bedrijf. De Europese rechter heeft thans (eind 2012) bepaald dat de exitheffing niet is toegestaan.
Fiscale emigratie van een bedrijf - "exitheffing"
Meestal zal de ondernemer of aandeelhouder emigreren en daarmee verhuist de onderneming mee naar het buitenland. Als de ondernemer echt emigreert (artikel 4 AWR), dan zal hij zijn gezin of zijn eigen maatschappelijke en sociale leven verplaatsen naar het buitenland. Als de onderneming in een B.V. wordt uitgeoefend, dan verhuist de aandeelhouder / bestuurder naar het buitenland en hiermee dan ook de feitelijke leiding van de B.V. De B.V. is hierdoor niet meer in Nederland gevestigd.
Er komt door emigratie een einde aan de (binnenlandse) belastingplicht van de onderneming. De onderneming stopt dus feitelijk in Nederland met het genieten van belaste winsten. De consequentie hiervan is dat de ondernemer / B.V. moet afrekenen over de winsten die in Nederland zijn gemaakt, veelal is dit de belastingheffing over (stille en fiscale) reserves en de goodwill binnen de onderneming. In de fiscale praktijk noemt met dit de zogenaamde exitheffing.
Fiscale emigratie ondernemer inkomstenbelasting
De ondernemer die in de vorm van bijvoorbeeld een eenmanszaak, VOF of maatschap zijn bedrijf uitoefent wordt gezien als een ondernemer in de inkomstenbelasting. De bedrijfsmiddelen worden bij een emigratie feitelijk overgebracht naar een buitenlands bedrijf of een buitenlandse vaste inrichting.
Als de ondernemer na zijn emigratie een bedrijf een Nederland houdt, dan blijft er in Nederland een vaste inrichting. Er wordt dan nog steeds winst in Nederland gemaakt, afrekenen met de Belastingdienst is dan meestal niet nodig. Als de onderneming deels wordt gestaakt in Nederland, is ook partiële afrekening mogelijk.
Fiscale emigratie B.V. en vennootschapsbelasting
De B.V. is gevestigd op de plek waar de directeur-grootaandeelhouder (DGA) of feitelijke leiding woont. Als de feitelijke leiding van de B.V. (of N.V.) emigreert, dan verhuist de B.V. / N.V. met de eigenaar mee. De B.V. moet afrekenen over de stille reserves, fiscale reserves en de goodwill. Het is hierbij wel van belang dat Nederland een belastingverdrag heeft gesloten met het land waarheen de feitelijk leidinggevende emigreert.
Als de B.V. / N.V. (een deel van) het bedrijf in Nederland voortzet, dan blijft er een zogenaamde vaste inrichting in Nederland, afrekening is dan meestal niet (geheel) nodig. Voor het deel van de reserves / goodwill welke in Nederland achterblijven is afrekening niet nodig.
Emigratie en belasting betalen over winst onderneming of B.V.
De exitheffing zorgt ervoor dat bedrijven soms lastig kunnen verhuizen. Binnen Europa geldt een vrij verkeer van goederen, mensen en kapitaal en deze belemmering vinden we binnen Europa niet prettig. In 2011 heeft een Gerechtshof vragen gesteld aan de Europese rechter. De Europese rechter (zaak C-371/10 op 29 november 2011) gaf aan dat belastingheffing mogelijk moet zijn, maar dat de belastingplichtige (de ondernemer of de B.V.) eventueel uitstel van betaling moet kunnen krijgen. Er moet dan dus uitstel worden verleend tot het moment dat de ondernemer / B.V. de winst daadwerkelijk realiseert. Als reactie hierop heeft de Staatssecretaris een besluit opgesteld en een wetswijziging aangekondigd. In het besluit staat kort en bondig het volgende:
- Het geldt enkel bij emigratie binnen de EU / EER;
- Er mag geen sprake zijn van realisatie (zoals verkoop);
- Er is invorderingsrente verschuldigd;
- Er wordt zekerheid gevraagd (voorkeur bankgarantie);
- Jaarlijks toetsing.
Exitheffing en wetgeving bij emigratie
Het besluit zoals hierboven is genoemd is beperkter dan de wetswijziging. De verschillen op hoofdlijnen:
- In het wetsvoorstel wordt de exitheffing gekoppeld aan de inkomstenbelasting en vennootschapsbelasting, maar ook aan herstructureringen (fusie / splitsing).
- Er wordt een mogelijkheid geboden om in 10 termijnen de belastingschuld te betalen.
- Er kan een beroep worden gedaan op de nieuwe wet per 20 november 2011 (uitspraak Europese rechter).
Trailing tax in Nederland
Een trailing tax is een extra verlengde belastingplicht die aan een emigrant wordt opgelegd om hem of haar nog enkele jaren na vertrek als binnenlands belastingplichtige aan te merken. Duitsland, Finland, Spanje, Portugal en Frankrijk kennen al een dergelijke belasting. Als Nederland een trailing tax wil toepassen moet er een wijziging worden aangebracht in het inwonersbegrip maar ook in belastingverdragen (Nederland heeft er ruim 100 gesloten met diverse landen) (artikel FD 4 december 2024, met inlog). Dit is niet eenvoudig, Finland heeft het in een paar belastingverdragen opgenomen maar kan deze ook regelmatig niet afdwingen (overeenkomen) met andere landen. Het effect zal de komende jaren dus beperkt zijn en tevens lang gaan duren. Het zou sneller kunnen als landen gezamenlijk een dergelijke belasting invoeren, dit dus in OESO verband. Op dit moment is nog niet bekend hoeveel mensen er daadwerkelijk vanuit fiscaal oogpunt naar aantrekkelijke landen emigreren, dit zal de komende jaren worden onderzocht, zie kamerbrief d.d. 4 december 2024 en beslisnota op 21 november 2024.
Dubbele verhuizing via drielanden constructie werkt niet
Een kleine 60 rijke Nederlanders hebben op creatieve wijze gebruik gemaakt van een zogenaamde drielandenpunt constructie. De rijken emigreerden naar Luxemburg of Zwitserland en hun bedrijf (BV) verplaatsen de zetel naar Malta (of Luxemburg). De Belastingdienst ging hier voorliggen via een projectmatige aanpak (sinds 2015) en kwam met diverse aanslagen (110 miljoen aan dividendbelasting). In deze stevige aanpak kreeg de Belastingdienst in veel zaken gelijk. Via deze route was de Vennootschapsbelasting beperkt en de dividendbelasting vrijwel nihil. Als de advisering zorgvuldig is uitgevoerd en ook wordt opgevolgd kan er veel belasting worden bespaard. De praktijk is echter anders, veel rijken laten de uitvoering rommelig verlopen (na enkele jaren). De (trust) directie heeft feitelijk weinig te vertellen en van een "echte" emigratie is ook niet altijd sprake. Gelukkig worden er zelden boetes opgelegd.
Sinds 2015 is de constructie niet meer echt interessant (door wetswijziging). Tot dat moment werden conserverende aanslagen na 10 jaar kwijtgescholden, sindsdien vervalt deze termijn en blijft de conserverende aanslag - zonder termijn - gewoon bestaan. De huidige exitheffing wordt vlak voor emigratie opgelegd en bij een emigratie binnen de EU nog niet direct geïnd (artikel 25 lid 8 invorderingswet). Inning zal plaatsvinden bij een dividenduitkering, overlijden, vervreemding of het liquideren van de vennootschap. Nederland heeft zich met deze regeling permanent het heffingsrecht over het aanmerkelijk belang van de Nederlandse DGA toegeëigend, zelfs als deze op enig moment al vele jaren buiten Nederland woont.
Vorenstaande is de lezen in een artikel van het FD op 31 januari 2025 (inlog). Voorbeelden voor procedures zijn Gerechtshof Den Haag d.d. 24 juni 2020 EC:I:NL:GHDHA:2020:1044 (en later Hoge Raad d.d. 1 juli 2022 ECLI:NL:HR:2022:976), Gerechtshof 's Hertogenbosch d.d. 6 juni 2023 (ECLI:NL:GHSHE:2023:2393) en Gerechtshof Amsterdam d.d. 16 februari 2023 (ECLI:NL:GHAMS:2023:808).