Omzetbelasting binnen de M&A praktijk
Met het Besluit bemiddeling bij effectentransacties van 10 oktober 2025 (Stcrt. 2025, 34270)schept de Staatssecretaris van Financiën duidelijkheid over de toepassing van de btw-vrijstelling bij bemiddeling in aandelen- en andere effectentransacties. De vrijstelling is opgenomen in artikel 11 lid 1 i 2o van de Wet Omzetbelasting 1968.
Kern: wat is ‘bemiddeling’
Volgens vaste rechtspraak van het Hof van Justitie (onder meer DTZ Zadelhoff en Volker Ludwig) is sprake van bemiddeling wanneer iemand het nodige doet om partijen tot het sluiten van een overeenkomst te brengen. De bemiddelaar treedt op ten behoeve van een partij, maar is zelf geen partij bij de overeenkomst.
- De activiteit moet er objectief op gericht zijn dat een koop- of verkoopovereenkomst tot stand komt.
- Dat de overeenkomst uiteindelijk niet wordt gesloten, is niet doorslaggevend.
- De vergoeding mag (gedeeltelijk) afhankelijk zijn van het welslagen van de transactie, zonder dat dit een eigen belang van de bemiddelaar impliceert.
Vrijgestelde bemiddeling in de M&A-praktijk
Bij de aan- of verkoop van een onderneming of deelneming via een aandelentransactie kan sprake zijn van vrijgestelde bemiddeling.
De Staatssecretaris onderscheidt vier fasen in het overnametraject:
- Oriëntatie en kennismaking
- Informatie en voorbereiding
- Onderhandeling
- Contractsluiting
Verricht een dienstverlener op basis van zijn overeenkomst activiteiten die alle fasen bestrijken, dan kwalificeert dat als één vrijgestelde bemiddelingsdienst inzake effecten. Zelfs als het proces voortijdig wordt afgebroken, blijft de vrijstelling van toepassing, mits de dienstverlening objectief op de totstandkoming van de transactie was gericht. Er kan zowel een bemiddelaar optreden voor de verkopende als voor de kopende partij. Diensten na het sluiten van de overeenkomst (zoals integratie- of implementatiebegeleiding) vallen daarentegen niet onder de vrijstelling.
Wanneer géén vrijgestelde bemiddeling
Niet elke activiteit die verband houdt met een aandelenoverdracht kwalificeert als bemiddeling. Het besluit noemt expliciet een aantal materiële of technische diensten die wél aan btw zijn onderworpen:
- het enkel verstrekken van een informatiememorandum;
- waarderingsadvies of strategisch aankoop- of verkoopadvies;
- advies over het ‘verkoopklaar’ maken van een onderneming;
- juridische dienstverlening, zoals het opstellen van (intentie)overeenkomsten;
- het beschikbaar stellen van software die koop- en verkoopintenties automatisch koppelt.
Deze werkzaamheden zijn op zichzelf niet gericht op het tot stand brengen van de koop- of verkoopovereenkomst en vallen daarom buiten de vrijstelling.
Uitbesteding en samenloop
Een bemiddelaar mag onderdelen van zijn werk uitbesteden. De vrijstelling blijft gelden zolang de uitbestede activiteiten kenmerkend en essentieel zijn voor de bemiddeling. De uitvoerder zelf kan alleen een vrijgestelde prestatie verrichten als ook zijn werkzaamheden aan die criteria voldoen. Een louter technische bijdrage – bijvoorbeeld dataverwerking of administratieve ondersteuning – is belast.
Noot fiscaal jurist inzake BTW binnen de M&A praktijk
Met dit besluit wordt duidelijkheid geschept voor met name de M&A praktijk waar al een tijdje op werd gewacht. Tot nu toe werd door veel partijen, inclusief de belastingdienst, het standpunt ingenomen dat er sprake was een belaste prestatie als veel meer werd gedaan dan alleen het zoeken van een geschikte koper of verkoper. Daarvan is nu geen sprake meer als het uiteindelijke doel van de dienstverlening is het bij elkaar brengen van koper en verkoper. Het besluit treedt in werking op 16 oktober 2025 en kan daarmee directe gevolgen hebben voor lopende en nieuwe transactiestructuren.