print sitemap zoeken disclaimer contact

Geruisloze terugkeer uit de B.V.

Klaar met uw B.V. en liever weer ondernemen in de IB?

De ooit gekozen rechtsvorm voor een onderneming kan na verloop van tijd minder aantrekkelijk zijn geworden. Dit kan als gevolg van een gewijzigd winstniveau, bijvoorbeeld naar aanleiding van de aanhoudende coronacrisis of gewijzigde wetgeving. Als een IB-onderneming voordeliger zou zijn dan de bestaande B.V., zou u om die reden de rechtsvorm soms willen wijzigen. Uiteraard spelen bij die keuze ook andere dan fiscale overwegingen een rol, bijvoorbeeld dat u na zo’n rechtsvormwijziging weer in privé hoofdelijk aansprakelijk ondernemer zult zijn. Wij nemen u in dit artikel mee aan de hand bij een geruisloze terugkeer uit de B.V.

Wat is een geruisloze terugkeer?

Om te beginnen is het wellicht wel alleraardigst om eens naar de benaming te kijken. We hebben het namelijk over een terugkeerfaciliteit, er is echter niet vereist dat er in een (ver) verleden een IB-onderneming is ingebracht in de B.V. In dat kader zou een uitbrengfaciliteitwellicht meer tot de verbeelding spreken. Afijn, dat terzijde.

Indien u de rechtsvorm van een door een B.V. gedreven onderneming zou willen wijzigen naar een IB-onderneming, is dat juridisch alleen mogelijk door de onderneming door de B.V. te laten overdragen aan de natuurlijke persoon (of personen in het geval van een VOF of maatschap) die de onderneming voortzet. Die overdracht leidt op grond van het winstbegrip tot realisatie van de stille en fiscale reserves bij de B.V. De belastingheffing bij de overgang van een onderneming van de B.V. naar haar (voortzettende) aandeelhouder kan een ernstige belemmering vormen om deze overgang daadwerkelijk te realiseren. Hiervoor bestaat een afzonderlijke faciliteit voor de terugkeer van de B.V. naar een aan de heffing van inkomstenbelasting onderworpen ‘onderneming’.

Terugkeerfaciliteiten in vogelvlucht

De geruisloze terugkeerfaciliteit biedt de mogelijkheid om de onderneming van de B.V. zonder fiscale afrekening over de stille en fiscale reserves over te dragen aan de voortzettende aandeelhouder(s). Feitelijk bestaan er drie faciliteiten, namelijk één in de vennootschapsbelasting, één in de inkomstenbelasting en één in de overdrachtsbelasting. Deze faciliteiten gelden echter niet onbeperkt. Zij gelden alleen voor de winst, de aanmerkelijkbelangclaim en de overdrachtsbelasting die betrekking hebben op het ondernemingsvermogen dat zich in de B.V. bevindt en door de voortzettende aandeelhouders binnen een onderneming wordt voortgezet. Alleen dit vermogen maakt na de terugkeer immers deel uit van de bron winst uit onderneming in box 1. Bij een B.V. met alleen beleggingsvermogen kan op de terugkeerfaciliteit geen beroep worden gedaan, omdat dat vermogen na de terugkeer niet kwalificeert als ondernemingsvermogen.

Bij vormgeving van de VPB- en IB-faciliteiten voor de geruisloze terugkeer is het uitgangspunt van de wetgever geweest, dat de gecombineerde belastingclaim op de zichtbare en onzichtbare reserves blijft gehandhaafd. Dit wordt in de hoofdzaak bereikt door te bepalen dat de voortzettende aandeelhouders de overgenomen activa en passiva op hun fiscale openingsbalans waarderen op de boekwaarde zoals die voor de B.V. gold. Hiermee is de VPB- en AB-claim op de stille en fiscale reserves behouden, omgezet in een IB-claim in box 1.

AB-claim vóór terugkeer wijkt af van IB-claim na terugkeer

Met doorschuiving van de boekwaarden kan niet in alle gevallen de volledige bestaande belastingclaim worden behouden. Dat is bijvoorbeeld niet het geval indien de aanmerkelijkbelangclaim mede op een ander bedrag rust dan slechts op het bedrag van de stille en fiscale reserves. Dit zal met name aan de orde zijn als er winstreserves zijn ontstaan sinds de verkrijging van de aandelen. De vennootschapsbelastingclaim ter zake van de winst waaruit de winstreserves uiteindelijk zijn voortgekomen is dan immers al afgerekend, terwijl de aanmerkelijkbelangclaim nog latent is omdat die winst nog niet in de vorm van dividend is uitgekeerd.

Het is niet alleen mogelijk dat de IB-claim na terugkeer lager is dan de gecombineerde AB- en VPB-claim. Die IB-claim kan ook hoger zijn, namelijk als de aandeelhouders een hoge verkrijgingsprijs voor het aanmerkelijk belang heeft. Dit doet zich bijvoorbeeld voor als de aandeelhouder de aandelen in de B.V. voor een hoog bedrag heeft gekocht en hij dus tevens voor de door de B.V. ingehouden winstreserves heeft betaald. Op deze ten tijde van de aankoop van de B.V. aanwezige winstreserves en stille reserves rust dan geen aanmerkelijkbelangclaim. Ook indien de aandelen in waarde zijn gedaald sinds de verkrijging ervan door de aandeelhouder, doet deze situatie zich voor. Ook in die situatie biedt de terugkeerreserve een oplossing.

Terugkeerreserve

De wetgever heeft, om verschillen tussen de gecombineerde belastingclaim voor de terugkeer en de IB-claim na de terugkeer te overbruggen, de zogenoemde terugkeerreserve in het leven geroepen. Deze extracomptabel vast te stellen post wordt op de fiscale balans van de voortzettende aandeelhouder opgenomen en valt bij staking van de onderneming vrij in het resultaat. Omdat de terugkeerreserve zowel positief als negatief kan zijn, zal de vrijval bij de staking tot verlies respectievelijk winst leiden. Op deze manier is beoogd het verschil tussen de gecombineerde belastingclaim van vóór de terugkeer min of meer gelijk te trekken met de na de terugkeer bestaande IB-claim.

Wat zijn de eisen binnen de terugkeerfaciliteit

Aan de toepassing van de faciliteit kleven een aantal eisen, deze zullen hierna beknopt worden verduidelijkt.

Voortzettingseis

Voorwaarde voor de toepassing van de VPB- en IB-faciliteiten is dat de aandeelhouder(s) van de B.V. de onderneming voortzetten. Indien sommige aandeelhouders de onderneming niet wensen voort te zetten, is het noodzakelijk dat zij voorafgaande aan de terugkeer hun aandelen overdragen aan degene(n) die de onderneming wel wil(len) voortzetten. Uiteraard leidt dat bij de overdragende aandeelhouders tot afrekening van de aanmerkelijkbelangclaim.

Het is daarnaast niet mogelijk terug te keren uit de B.V. met de vooropgezette bedoeling de onderneming kort daarna te staken. Een gedeeltelijk staking van de verkregen onderneming is wel mogelijk, mits hetgeen overblijft nog als een (materiële) onderneming kwalificeert. Een voortzettingstermijn van ten minste drie jaar is inmiddels in de rechtspraak voldoende geacht.[1]

Toetsing van de voortzettingsbedoeling moet plaatsvinden op basis van de omstandigheden ten tijde van het ontbindingstijdstip. Als men op dat moment daadwerkelijk de feitelijke intentie had tot voortzetting van de onderneming, kan de faciliteit van toepassing blijven, ook als de onderneming door onverwachte omstandigheden kort daarna toch wordt gestaakt.

Aandeelhouderseis

Naast de voortzettingseis gelden nog andere voorwaarden. Zo is essentieel dat tot de aandeelhouders van de te ontbinden B.V. geen rechtspersonen behoren. Het moeten allemaal natuurlijke personen zijn. Dit moet worden getoetst op het zogenoemde overgangstijdstip. Als op dat moment niet aan deze voorwaarde wordt voldaan, geldt de terugkeerfaciliteit niet.

Ontbindingseis

Naast de eisen aan de rechtsvorm en de aandeelhouders geldt als aanvullend belangrijk vereiste dat het lichaam wordt ontbonden. Deze eis dient blijkens de wetsgeschiedenis om te voorkomen dat (lege) vennootschappen zonder activa ontstaan welke in de toekomst gebruikt zouden kunnen worden voor oneigenlijke doeleinden.

Ondernemingsvermogenseis

De terugkeerfaciliteit is niet van toepassing op stille reserves die betrekking hebben op vermogensbestanddelen die niet tot het ondernemingsvermogen van de voortzettende natuurlijk personen (kunnen) gaan behoren. De vermogensbestanddelen moeten derhalve behoren tot het verplichte ondernemingsvermogen of het keuzevermogen.

Tip van de adviseur

Een handige manier voor het ongedaan maken van een holdingstructuur is het laten fuseren van de holding en de werkmaatschappij, waarbij de holding de verkrijgende en de werkmaatschappij de verdwijnende rechtspersoon is. Door gebruik te maken van de gefacilieerde juridische fusiefaciliteit, kan deze fusie zonder belastingheffing verlopen. Klik hier voor ons artikel over de juridische fusie.

Fiscale-APK

Bent u volledig in controle over uw ondernemerspositie? Wellicht is onze Fiscale APK iets voor u?

Tot besluit

De geruisloze terugkeer betreft een complexe aangelegenheid en zal per aangelegenheid verschillen. Laat u daarom altijd goed adviseren. Zijn er nou naar aanleiding van dit artikel vragen in u opgekomen, aarzel dan niet om contact op te nemen met één van de onderstaande adviseurs.

Deel deze pagina

Laatste update op 25-03-2021
Artikel gemaakt op 16-03-2021
Dit artikel (of blog of voorbeeldovereenkomst) is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in dit artikel kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in dit artikel dient derhalve niet als fiscaal/juridisch advies te worden beschouwd. Jongbloed Fiscaal Juristen N.V., haar medewerkers en of haar vestigingen/deelnemingen aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit het artikel.
U bevindt zich hier : Jongbloed Fiscaal Juristen Kennisbank Vennootschapsbelasting Geruisloze terugkeer uit de B.V.

Jongbloed Fiscaal Juristen - Disclaimer - Zoeken - Sitemap