Echtscheiding en testament
Is uw echtscheiding definitief afgerond, dan is het verstandig om ook uw testament aan te passen. Als u geen testament zou hebben, dan is uw ex-echtgenoot geen erfgenaam meer van u, de kinderen blijven dit wel. Zijn er geen kinderen, dan zijn uw naaste familieleden uw erfgenaam, denk hierbij aan uw ouders, broers of zussen.
Testament en echtscheiding, hoe werkt dit?
Na uw echtscheiding vervalt niet automatisch ook uw testament. De erfstelling in uw testament is hiervoor alles bepalend. Als uw testament een echtscheidingsbepaling bevat, dan is deze regel van toepassing. Het is echter verstandiger om na uw echtscheiding ook uw testament te laten aanpassen. In dat geval weet u zeker dat uw laatste wil (testament) ook echt weergeeft hetgeen u voor ogen heeft gehad, uw ex is geen erfgenaam meer en uw testament kan actueel worden vormgegeven naar de huidige situatie en stand van de wetgeving.
Stel dat u en uw partner beiden een nieuwe partner hebben of krijgen en uw kinderen enig erfgenaam zijn (bij 2 kinderen beide voor gelijke delen). Als uw kind minderjarig is kunnen er vreemde situaties ontstaan:
- Het kan zomaar zo zijn dat uw ex-partner over het geld / vermogen van uw nalatenschap kan beschikken.
- Als uw kind komt te overlijden (en minderjarig is zonder testament), dan kan uw ex-partner alsnog erfgenaam zijn van uw vermogen.
U kunt bovenstaande voorkomen door in uw testament hierover na te denken, bijvoorbeeld via een tweetrapsmaking. Dit wil zeggen dat het erfdeel dat uw zoon of dochter bij uw overlijden vererft (en nog niet op is) bij het overlijden van deze zoon of dochter naar uw andere zoon of dochter gaat. Oke, u regeert over uw graf heen, maar het voorkomt onbedoelde effecten.
Als uw kind bij uw overlijden nog minderjarig is, dan komt ook het zogenaamde ouderlijke vruchtgebruik / genot in beeld. Totdat uw kind meerderjarig is heeft de ouder het ouderlijk vruchtgenot over het vermogen dat van uw zoon of dochter is, u kunt hierbij denken aan huurinkomsten van onroerende zaken of rentebetalingen op spaarrekeningen. De ouder (uw ex) hoeft dit vermogen niet aan uw zoon of dochter terug te betalen. In uw testament kunt u dit voorkomen.
Tevens is het te overwegen om een baasje in uw testament te benoemen, een zogenaamde bewindvoerder. Deze persoon kan dan uw vermogen (dat bij uw zoon of dochter terecht komt) beheren. Regelt u niks, dan komt dit beheer bij uw ex-partner terecht totdat uw kind meerderjarig zou worden. Eventueel kunt u het vermogen zelfs tot de 23e verjaardag door de bewindvoerder laten beheren en via ingewikkelde structuren zelfs langer.
Fiscaal partnerschap herleeft bij niet ontvankelijk echtscheidingsverzoek
De kennisgroep van de belastingdienst heeft in maart 2024 gekeken naar het fiscaal partnerschap als er sprake is van een niet ontvankelijk echtscheidingsverzoek. Wat zijn de gevolgen voor het fiscale partnerschap?
- Voorbeeld: Echtpaar dienst op 11 november 2021 een verzoek tot echtscheiding in bij de Rechtbank. De man wordt uitgeschreven op het woonadres per deze datum (in basisadministratie). Het echtscheidingsverzoek wordt op 1 maart 2022 niet ontvankelijk verklaard. Deze wordt op 1 juni 2022 onherroepelijk. Ook na 1 maart 2022 blijven beide ex partners op andere woonadressen wonen.
- Periode tot 11 november 2021: Fiscaal partnerschap op grond van artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR. Echtgenoten worden als fiscaal partners aangemerkt vanaf het sluiten van het huwelijk tot ontbinding door overlijden of echtscheiding (artikel 1:149 BW).
- Periode 11 november 2021 tot 1 maart 2022: Geen fiscaal partnerschap. Ondanks het ingediende echtscheidingsverzoek is het huwelijk nog niet ontbonden. Echter, door inschrijving op verschillende woonadressen in de BRP en het ingediende verzoek tot echtscheiding, wordt aan de cumulatieve voorwaarden van artikel 5a, vierde lid, AWR voldaan, waardoor geen sprake is van fiscaal partnerschap. Zie ook de hiermee samenhangende kamerstukken en de brief van de staatssecretaris uit 2010.
- Periode 1 maart 2022 tot 1 juni 2022: Geen fiscaal partnerschap. Het echtscheidingsverzoek is niet-ontvankelijk verklaard, maar de niet-ontvankelijkverklaring is nog niet onherroepelijk. Gedurende deze periode is er, conform artikel 5a, vierde lid, AWR, geen sprake van fiscaal partnerschap.
- Periode vanaf 1 juni 2022: Hervatting van fiscaal partnerschap. Na de onherroepelijke niet-ontvankelijkverklaring van het echtscheidingsverzoek, en bij gebrek aan een nieuw verzoek tot echtscheiding, is opnieuw sprake van fiscaal partnerschap conform artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR.
- Juridische beoordeling (a) Artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR: Definitie van fiscaal partnerschap gebaseerd op de burgerlijke staat van echtgenoten; (b) Artikel 1:149 BW: Bepaalt dat het huwelijk eindigt door ontbinding na overlijden of echtscheiding; (c) Artikel 5a, vierde lid, AWR**: Biedt een uitzondering op de hoofdregel van fiscaal partnerschap indien een echtscheidingsverzoek is ingediend en de echtgenoten niet meer op hetzelfde adres in de BRP staan ingeschreven; (d) Artikel 358, tweede lid, Rv**: Stelt de beroepstermijn vast op drie maanden, waarna een rechterlijke beslissing onherroepelijk wordt.
Vragen over testament
Bel eens met één van onze fiscaal juristen over de beste opzet en / of bel met uw notaris.
Meer weten van echtscheiding en testament
- Checklist echtscheiding
- Pensioen en echtscheiding
- Echtscheiding ondernemer DGA
- Echtscheiding en woning
- Stel een testament op
- Overlijden optiek ondernemer en testament
- Waardebepaling onderneming bij echtscheiding
- Partneralimentatie lagere aftrek
- Alimentatie schriftelijk vastleggen
- Echtscheiding en hypotheekrente
- Combinatiekorting echtscheiding
- Recht op alimentatie uitsluiten
- Hypotheekrenteaftrek bij echtscheiding
- Handboek echtscheidingen belastingdienst