Geen melding betalingsonmacht nodig
Het ministerie van Financiën heeft laten weten dat het apart melden van betalingsonmmacht niet meer nodig is. Als een ondernemer derhalve uitstel van betaling heeft gevraagd, voor bijvoorbeeld omzetbelasting/ loonbelasting februari 2020, hoeft het formulier inzake de melding van betalingsonmacht niet te worden ingevuld. Dit geldt voor zowel de al verstreken als voor de toekomstige tijdvakken.
Melding betalingsonmacht is tijdig voor nieuwe schulden
In een zaak die liep bij het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden (28 maart 2023) is een bestuurder voor ruim € 500.000 aansprakelijk gesteld voor niet betaalde loonheffingen en BTW. De centrale vraag was of er juist en tijdig betalingsonmacht is gemeld, dit lijkt een simpele vraag die eenvoudig is te toetsen op grond van data en termijnen. De inspecteur is van mening dat het formulier te laat is binnengekomen en dat het formulier onduidelijk was. Het Gerechtshof is van mening dat het formulier wel tijdig is ingediend. Het was te laat voor de oudere belastingschulden maar op tijd voor de nieuw opgekomen schulden waarvoor de DGA/ bestuurder in prive wordt aangesproken. Er hoeft in dat geval niet opnieuw betalingsonmacht te worden gemeld, aldus het gerechtshof. De eerste melding was immers een helder signaal dat de vlag er niet goed bij hing. Als de belastingdienst zou twijfelen over de informatie of melding dat had ze dit moeten laten weten. Omdat het verder niet aan de bestuurder is te wijten dat de BV failliet ging verdween de aansprakelijkstelling in de prullenbak.
Melding betalingsonmacht is niet in strijd met EU recht
De meldingsplicht voor betalingsonmacht die bij niet nakoming tot bestuurdersaansprakelijkheid kan leiden is niet strijdig met het EU recht (evenredigheidsbeginsel). Dit geldt alleen als de bestuurder alle omstandigheden mag aanvoeren om aannemelijk te maken (aan te tonen) dat de niet nakoming niet aan de bestuurder te wijten is. Dit heeft het Hof van Justitie van de EU in 2024 (ECLI:EU:C;2024:961) bepaald (op grond van vragen van de Hoge Raad). Of de bestuurder te goede trouw is geweest doet er verder niet toe. Al met al:
- Het Hof oordeelt dat de nationale regeling legitiem is, mits de bestuurder voldoende mogelijkheden heeft om tegenbewijs te leveren, ook onder omstandigheden buiten overmacht.
- De meldingsplicht wordt als een noodzakelijke en proportionele maatregel gezien om btw-inkomsten te waarborgen.
- Bestuurders mogen omstandigheden aanvoeren om aan te tonen dat het niet melden van betalingsonmacht niet aan hen te wijten is.
Het ministerie geeft een voorbeeld:
Een bv draagt de loonheffing over de maand februari 2020 ivm de coronacrisis niet af. Op 24 april 2020 ontvangt de vennootschap de naheffingsaanslag. Hiervoor doet de bv een verzoek om bijzonder uitstel van betaling in verband met de coronacrisis. Deze wordt als melding betalingsonmacht aangemerkt. Niet alleen voor de komende tijdvakken maar ook voor de maand februari is de melding tijdig.