Lucratief belang loonbelasting
Participatieregelingen voor het management komen in onze praktijk regelmatig voor. Het management moet gebonden blijven aan de organisatie, dit zien wij met name bij familiebedrijven, private equity omgevingen en ook steeds meer binnen het MKB-bedrijf.
Aanpassingen lucratief belang in belastingplan 2024
In het belastingplan 2024 zal de regeling inzake het lucratief belang hoogstwaarschijnlijk worden aangepast (aankondiging 26 juni 2023). Vorenstaande is het gevolg van een arrest van de Hoge Raad uit april 2023.
- De Hoge Raad heeft kort gezegd beslist dat voor de economische vergelijkbaarheid van vermogensrechten met achtergestelde soortaandelen, aangesloten moeten worden bij de kapitaalseis dat de achtergestelde soortaandelen minder zijn dan 10% van het geplaatst aandelenkapitaal.
- In de totstandkomingsgeschiedenis van deze wettelijke bepaling is opgemerkt dat ook leningen die in de kapitaalstructuur een vergelijkbare functie hebben meetellen bij de beoordeling of sprake is van een lucratief belang.
- De Hoge Raad onderschrijft deze lijn maar voegt hier een belangrijke beperkende overweging aan toe (r.o. 6.2.1): “In het licht hiervan moet bij de overeenkomstige toepassing van het 10%-criterium alleen rekening worden gehouden met leningen indien en voor zover deze voor de toepassing van de belastingwetgeving als informeel kapitaal zijn aan te merken.”
- Deze beperking leidt – als niet wordt overgegaan tot reparatie – tot ongewenste gevolgen voor de uitvoeringspraktijk en de overheidsfinanciën.
Gelet op vorenstaande is de staatsscretaris voornemens in het Belastingplan 2024 met een voorstel voor een wetswijziging te komen met terugwerkende kracht tot de datum van deze brief waarin wordt bepaald dat voor de beoordeling of sprake is van een lucratief belang mede wordt gerekend een lening die niet kwalificeert als informeel kapitaal.
Hoe werknemers belonen?
Belonen van werknemers kan via
- Salaris
- Bonus / winstdeling
- Aandelenopties
- Stock Appreciation Right (SAR)
- Aandelen
- Lucratief belang
Optie 1 en 2 zijn eenvoudig en fiscaal niet aantrekkelijk (gewoon loonheffing, progressief tarief). Optie 3 en 4, die werknemers ook laten mee profiteren van de jaarlijkse winst en/of verkoopwinst, zijn ook niet echt aantrekkelijk meer (sinds 2015). Dan blijft over het verkrijgen van aandelen, daarover gaat dit artikel.
Aandelen aan werknemer
Dit kan op diverse manieren worden vormgegeven. Een aantal voorbeelden;
- Via een nieuwe tussenholding: hierdoor lagere instapwaarde voor de werknemer
- Via letteraandelen: met lagere waarde waardoor toetreding eenvoudiger wordt
- Met stichting: om stemrecht van de werknemer te voorkomen of te beperken
Voorbeeld lucratief belang
Stel dat een werknemer of ex-werknemer de mogelijkheid krijgt om aandelen in de B.V. van zijn / haar werkgever te kopen (of in de moedermaatschappij) tegen een zeer lage koopprijs. In zo'n geval kan de Belastingdienst (terecht) stellen dat er sprake is van een lucratief belang dat belast is in box 1 (progressief tarief tot maximaal 52%), dit is geregeld in artikel 3.92b Wet Inkomstenbelasting 2001. Dit artikel ziet op lucratieve aandelen, lucratieve schuldvorderingen (of kwijtschelding) of lucratieve vermogensrechten.
Deze maatregel geldt sinds 2009 en komt de laatste tijd steeds vaker in beeld. Veel privé equity partijen die belonen via carried interest(-achtige) beloningsvormen lopen tegen deze heffing op.
Als u naast uw salaris, loon of andere beloning van uw werkgever aandelen of een lening krijgt, dan kan er sprake zijn van een lucratief belang of een lucratieve beloning. Het moet dan gaan om een buitengewone beloning ... een zogenaamd lucratief belang. Voorbeelden zijn:
- extra rendement op aandelen in de rechtspersoon van uw werkgever;
- kwijtschelding van schulden;
- vorderingen of andere vermogensrechten.
Lucratief belang in de vorm van aandelen kan optreden indien (1) aandelen bijzonder/ achtergesteld zijn en (2) minder dan 10% van het geplaatste kapitaal uitmaken (3) het soortaandelen zijn met een bijzondere / andere preferentie van tenminste 15% per jaar.
Procedure over lucratief belang
Voorbeeld 1 lucratief belang
De heer Jansen heeft de mogelijkheid om aandelen van de B.V. van zijn werkgever te kopen. Hij loopt weinig risico en de mogelijke verkoopwinst is substantieel. De heer Jansen heeft 3% van de aandelen en geeft deze op in box 3. Achteraf blijkt dat hij de opbrengst moet aangeven in box 1 (52% heffing) als resultaat uit overige werkzaamheden.
De rechtbank keek in 2014 naar een dergelijke situatie. De rechtbank concludeert het volgende:
- Volgens de rechtbank blijkt uit de wet dat onder een werkzaamheid mede wordt verstaan het houden van aandelen.
- De aandelen moeten dan mede een beloning kunnen vormen voor de werkzaamheden van de houder van de aandelen (of een met hem of haar verbonden persoon).
- De toetsing moet plaatsvinden op het moment dat de persoon de aandelen heeft verkregen.
- Het gaat om aandelen die minder dan 10% van het geplaatste kapitaal uitmaken.
- Het (preferente ) rendement is 15% of meer (per jaar).
- Salaris werknemer was € 77.000 en de opbrengst uit aandelen € 40.000.
- In casu konden alle werknemers van het concern aandelen verkrijgen in de vennootschap.
- De werknemer (in casu een laborante) kon de aandelen verkrijgen door haar dienstbetrekking.
- De werknemer liep weinig risico bij de aankoop (de investering was beperkt).
- De opbrengst bij verkoop van de aandelen was substantieel.
- Resultaat is belast in box 1 en niet in box 3, er is sprake van een lucratief belang ex artikel 3.92b eerste lid letter a van de Wet op de Inkomstenbelasting 2001.
Voorbeeld 2 lucratieve vordering
Henk is ICT manager en hij krijgt in 2005 een winst delende lening. Deze lening geeft recht op 20%-50% van de winst. In 2011 maakt Henk een winst van € 1.500.000. Henk geeft dit niet aan in zijn aangifte Inkomstenbelasting (eerst wel en daarna dient Henk een herziene aangifte in). De Hoge Raad doet op 30 november 2018 uitspraakin haar arrest, het voordeel is belast in box 1 (inkomsten uit overige werkzaamheden)
Fiscale noot lucratief belang
Deze maatregel zorgt ervoor dat aandelen die niet tot een aanmerkelijk belang behoren (dus geen box 2) ook niet in box 3 vallen maar uiteindelijk worden belast in box 1. De heffing wordt in de praktijk vaak vergeten en vooroverleg met de Belastingdienst is dan ook wenselijk. De bewijslast ligt bij de Belastingdienst edoch rechters stellen soms vrij eenvoudig dat van een zogenaamd lucratief belang sprake is. Ook gewone werknemersparticipaties kunnen onder het lucratief belang vallen.
Procedure lucratief belang
Rechtbank Den Haag d.d. 27 februari 2014.