Omzetbelasting bij paarden
De hoofdregel is dat de levering van een paard belast is tegen het algemene BTW-tarief van 21%. Zeker als er aan een andere ondernemer wordt geleverd, die de omzetbelasting in aftrek kan brengen. Er zijn een paar uitzonderingen op deze hoofdregel:
Het lage tarief van 9% is van toepassing indien:
- het paard bestemd is voor de landbouw (of bosbouw);
- het paard bestemd is voor de fok;
- het paard bestemd is voor de slacht.
De levering van een paard is belast tegen 0% indien:
- het paard wordt geleverd aan een BTW ondernemer in een ander EU land
- het paard wordt uitgevoerd aan een afnemer buiten de EU
Opfokken van paarden
Het opfokken en africhten van paarden en pony's valt in de basis onder het 9%-tarief.
- Wat is opfokken? Het opfokken is de tijd waarin een veulen opgroeit tot een jongvolwassen paard.
- Wat is africhten? Het africhten is het socialiseren van het paard, het zadelmak maken en het geschikt maken als rijpaard en menpaard.
Er geldt echter een tarief van 21% indien:
- de africhtingsfase langer duurt dan 6 maanden;
- het paard wordt getraind tot dressuurpaard of springpaard;
- een startkaart voor het paard is aangevraagd;
- het paard 5 jaar of ouder is
BTW en halve springpaarden
In een procedure bij de Rechtbank Zeeland Westbrabant in 2023 ging het om een handelaar in springpaarden die 50% van een aantal paarden verkocht. Al beelddenkend zie ik voor mij wat een toestand dit oplevert bij de levering van de paarden. Maar blijkbaar is dit allemaal gelukt, want er is zelfs een discussie ontstaan over de BTW.
De discussie speelde zich af in het zuiden van ons land. De handelaar heeft de helft van de eigendom van paarden geleverd en op de factuur het nultarief toegepast omdat de paarden (in elk geval de helft) ons land hebben verlaten.
Normaal gesproken is voor een levering noodzakelijk dat de eigendom overgaat op de afnemer en dat deze als eigenaar over het goed kan beschikken. Bij een half paard kan dat lastig zijn, maar de rechtbank acht het mogelijk en voldoende dat de afnemer als mede-eigenaar over de helft van het paard kon beschikken.
Dan blijft over de bewijslast, de handelaar moet aantonen dat de paarden in het kader van de verkoop zijn vervoerd naar het buitenland. Hierin slaagt hij ten dele. Voor een aantal paarden hecht de rechtbank waarde aan het feit dat de afnemer een intracommunautaire verwerving heeft afgegeven en dat de afnemer een verklaring heeft getekend waarin zij aangeeft het paard te hebben ontvangen. De rechtbank heeft er geen probleem mee dat de verklaringen in 2020 zijn ondertekend terwijl de paarden in 2012 zijn geleverd. Er zijn ook een aantal paarden naar de Verenigde Staten vervoerd. Hierbij zat telkens een periode tussen de verkoop en het transport. In één geval zat er 7 maanden tussen verkoop en vervoer. Mede door een geloofwaardige verklaring van belanghebbende acht de rechtbank voldoende verband tussen de verkoop en het vervoer aanwezig voor toepassing van het nultarief.
Bij enkele paarden zat er ruim een jaar en zelfs twee jaar tussen de verkoop en het transport van het paard. In dat geval acht de rechtbank het niet meer geloofwaardig dat het transport in het kader van de verkoop van de helft van het paard plaatsvond. De levering heeft dan blijkbaar in Nederland plaatsgevonden.
Conclusie paarden en omzetbelasting
Het is mogelijk om een half springpaard te verkopen en te exporteren tegen het nultarief. Het is dan wel van belang dat je kunt aantonen dat het hele paard in het kader van de verkoop over de grens wordt getransporteerd. Het dus van belang om de transportbewijzen goed te bewaren in de administratie. Daarnaast is het verstandig om vast te leggen dat de paarden in verband met de verkoop zullen worden overgebracht naar het buitenland. Zijn er vragen over BTW bij paarden neem dan gerust contact op met onderstaande specialisten.