Vergrijpboete en "Doen plegen"
Op 3 juni heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak waarbij de ex-vrouw met de DigiD code van haar ex-man onjuiste aangiften heeft ingediend voor haar ex-man. De rechtbank komt tot de conclusie dat geen sprake is van doen-plegen. Maar wat is eigenlijk doen plegen?
Kwaliteitsdelicten bij vergrijpboetes
Doen plegen betekent dat iemand opzetten een ander aanzet om een strafbaar feit te plegen. Die ander (de uitvoerder) weet vaak niet dat hij iets strafbaars doet en kan daarom niet gestraft worden. Hij is als het ware een ‘willoos werktuig’. In belastingzaken speelt ‘doen plegen’ vooral bij zogeheten kwaliteitsdelicten. Dat zijn strafbare feiten die alleen gepleegd kunnen worden door mensen met een bepaalde rol, zoals iemand die verplicht is belastingaangifte te doen.
Rechtspraak in zake doen plegen
Iemand kan alleen vervolgd worden voor doen plegen als de uitvoerder helemaal geen schuld heeft. De HR heeft al in 1913 (HR 21 april 1913, NJ 1913, W. 950) bepaald dat de uitvoerder de juist ‘kwaliteit’ moet hebben, bijvoorbeeld dat hij degene is die belasting moet aangeven. In de casus waarin Rechtbank Amsterdam op 3 juni 2025 (ECLI:NL:RBAMS:2025:5921) uitspraak heeft gedaan kwam de rechtbank tot de conclusie dat de vrouw niet de juiste persoon was om aangifte te doen en dus niet strafbaar was voor dat specifieke belastingfeit. Deze uitspraak is in lijn met de uitspraak van de HR in 1990 (HR 11 september 1990, NJ 1991/276) en de rechtbank Den Haag in 2012 (Rechtbank Den Haag 2 april 2012, LJN BW0994). In het eerste geval oordeelt de Hoge Raad dat doen plegen alleen mogelijk is als de uitvoerder niet strafbaar is. Bij de dader moet hierbij sprake zijn van opzet, voor de uitvoerder geldt dit niet. In de tweede casus oordeelt de rechtbank dat de verdachte niet de aangifteplichtige is en daarom dient te worden vrijgesproken van doen plegen.
Ook in een procedure waarbij door de belastingadviseur opzettelijk onjuist een aangifte inkomstenbelasting ten name van een ander is ingediend ging de AG er eens goed voor zitten (ECLI:NL:PHR:2020:631) . De Hoge Raad d.d. 15 september 2020 ECLI:NL:HR:2020:1372 gaf een uitgebreide toelichting en verwees de zaak door naar het Gerechtshof Amsterdam (ECLI:NL:GHAMS:2022:2926), hierbij is besloten dat het bewezenverklaarde niet kwalificeerbaar was.
Noot fiscaal jurist inzake doen plegen
Op basis van de historische en recente jurisprudentie kan de belastingadviseur niet worden aangewezen als doen pleger. Wat niet betekent dat de belastingadviseur helemaal niet strafrechtelijk vervolgd kan worden voor het doen van een aangifte voor een ander. Op basis van medeplichtigheid of medeplegen is dit namelijk wel mogelijk. Al moet hier wel worden aangetoond dat er sprake is van opzet vanuit de zijde van de belastingadviseur.
Bronnen doen plegen medepleger
Rechtbank Amsterdam 3 juni 2025, 81.321555.24, ECLI:NL:RBAMS:2025:5921, V-N 2025/41.15.
HR 21 april 1913, NJ 1913, W. 950.
HR 11 september 1990, NJ 1991/276
Rechtbank Den Haag 2 april 2012, LJN BW0994