print sitemap zoeken disclaimer contact

Crypto minen en btw-aftrek

Cryptovaluta lijkt soms wel hét fiscale onderwerp van 2021 te zijn. Niet alleen het koersverloop golft op en neer, maar ook de fiscale gemoedsrust van cryptobezitters. Als gevolg van door de jaren heen sterk gestegen koersen zijn de financiële belangen groot. De onduidelijkheid over de kwalificatie van bepaalde activiteiten zorgt dan voor spanning. Terecht, het verschil tussen belastingheffing in box 3 tegenover box 1 of de vennootschapsbelasting is namelijk enorm. Verrassingen achteraf kunnen dan onbetaalbaar zijn. Vaak vergeten maar zeker ook relevant, is de heffing van btw. Daarover deed de Rechtbank Den Haag recent een uitspraak, die wij in dit artikel bespreken.

Crypto en omzetbelasting

Het betreft een zaak over de btw. De Belastingdienst wil btw naheffen over de periode oktober 2014 tot en met juni 2015. De belastingplichtige in deze zaak houdt zich bezig met het verifiëren en authentiseren van transacties in bitcoin. Ook realiseert hij zogenaamde blokken binnen de bitcoin-blockchain. Dit laatste is de 'mining-activiteit'. De rechtbank omschrijft de blockchain als een digitaal grootboek waarin alle transacties in bitcoins worden bijgehouden. Het gevolg van de mining-activiteit is dat er ruimte ontstaat voor transactiedata.

De belastingplichtige ontvangt twee verschillende vergoedingen. De eerste vergoeding bestaat uit bitcoins en ziet op het verifiëren en authentiseren van transacties. Deze vergoeding wordt niet altijd toegekend. Daarnaast ontvangt de belastingplichtige een tweede vergoeding. Deze vergoeding hangt samen met het realiseren van nieuwe blokken (het minen). Bij deze activiteit is veelal sprake van concurrentie en er geldt een alles-of-niets systeem. Degene die het blok realiseert, ontvangt de volledige vergoeding. De rest krijgt niets.

Voor de mining-activiteit heeft de belastingplichtige zich aangesloten bij een samenwerkingsverband. Dit wordt een pool genoemd. Binnen deze pool worden de gekregen vergoedingen door mining verdeeld. De belastingplichtige heeft apparatuur aangeschaft en verbruikt hiervoor elektriciteit. De btw op deze uitgaven vraagt hij terug. De Belastingdienst is het hiermee oneens.

Geschil over crypto minen als economische activiteit

De vraag is of de mining-activiteit een zogenaamde economische activiteit is. Uitsluitend als sprake is van een economische activiteit, kan sprake zijn van een recht op btw-teruggaaf. Het begrip economische activiteit is een begrip uit de btw-sfeer. Wij lichten dit begrip hierna kort nader toe.

Economische activiteit en bitcoin

Het begrip economische activiteit is in de praktijk een bron voor geschillen met de Belastingdienst. Het betreft namelijk een zeer open norm. Om te kunnen spreken van een economische activiteit, moet in ieder geval sprake zijn van een bezwarende titel (voor wat hoort wat). Daarbij is de ondergrens dat er een afgesproken vergoeding wordt voldaan, die volgt uit een rechtstreeks verband met de geleverde prestatie. Daarbij geldt dat prestaties zelfstandig worden beoordeeld, tenzij sprake is van voldoende samenhang.

Standpunten over minen als economische activiteit

De belastingplichtige vindt dat sprake is van een economische activiteit. De verschillende activiteiten hangen zodanig samen, dat zij één geheel vormen. Daar staat tegenover dat de Belastingdienst van mening is dat alleen met betrekking tot het verifiëren en authentiseren van transacties sprake is van een economische activiteit. De vergoeding voor het minen is namelijk geen vergoeding die samenhangt met deze activiteit, maar staat hier volledig los van. De vergoeding ontstaat enkel wegens het realiseren van een blok. Deze heeft niets te maken met en wordt niet betaald door degene die uiteindelijk transacties geverifieerd wil hebben. Daardoor is volgens de Belastingdienst geen sprake van enige samenhang tussen de ontvangen vergoeding en de geleverde prestatie. De Belastingdienst omschrijft deze vergoeding als 'gevonden geld'.

Rechtbank over crypto minen als economische activiteit

De rechtbank buigt zich over de vraag of sprake is van een economische activiteit. Daarbij gaat de rechtbank mee met de belastingplichtige. Het is niet aannemelijk – volgens de rechtbank – dat er onderscheid moet worden gemaakt tussen de activiteiten. De rechtbank oordeelt dat het valideren en authentiseren van transacties op zichzelf ook gericht is op het realiseren van het blok en daarmee op minen. Gevalideerde transacties kunnen alleen worden geverifieerd door opname in de blockchain. Het delven is naar het oordeel van de rechtbank noodzakelijk om de later te verhandelen bitcoins te realiseren en vormt daarmee een voorbereidingshandeling voor de activiteit van het verifiëren van de transacties. Er is dus sprake van één economische activiteit. Dat oordeel leidt echter tot de beoordeling van een zeer interessant tweede geschilpunt.

Geschil over btw-aftrek bij cryptovaluta

Belastingplichtige en de Belastingdienst zijn het met betrekking tot de btw-aftrek over een aantal dingen eens. De economische prestaties zijn prestaties die op grond van de wet zijn vrijgesteld van btw. Het betreft namelijk handelingen met betrekking tot het betalingsverkeer. Aangezien de prestaties zijn vrijgesteld van btw, bestaat geen recht op aftrek van btw. Echter, dat is anders voor zover de afnemers van de vrijgestelde prestaties zich buiten de Gemeenschap bevinden. De belastingplichtige meent dat dit voor 98% van zijn prestaties geldt, omdat dit volgt uit statistische gegevens van een website. Hier is de Belastingdienst het niet mee eens. Hij meent dat de belastingplichtige met de verwijzing naar de website onvoldoende aantoont dat het merendeel van de afnemers buiten de Gemeenschap is gevestigd. De beantwoording van deze vraag is cruciaal voor het recht op aftrek van btw.

Rechtbank over btw-aftrek bij cryptovaluta

De rechtbank benoemt eerst dat de bewijslast rust op de belastingplichtige die de btw wil aftrekken. Over deze bewijslast heeft deze rechtbank vragen gesteld aan de Hoge Raad. De Hoge Raad heeft deze vragen echter onbeantwoord gelaten en dus is het oordeel aan de rechtbank. Hij gaf slechts aan dat deze zaak niet zo bijzonder is dat een uitzondering op de normale regels geldt. Naar deze normale regels mag een procespartij alles aandragen wat hij wil om bewijs te leveren. De rechter is vervolgens vrij het geleverde bewijs te beoordelen.

De rechtbank moet dus beoordelen of de belastingplichtige met de gegevens van de website voldoende bewijs heeft geleverd. De uitkomst is een middenweg. De rechtbank geeft aan dat de cijfers van de website niet direct van toepassing zijn, omdat de cijfers niets zeggen over waar de afnemer van de prestatie gevestigd is. Echter, uit de gegevens komt wel voldoende naar voren dat een deel van de afnemers buiten de Gemeenschap is gevestigd. De rechtbank bepaalt vervolgens zelf een passend percentage en komt uit op 75%. Daarbij telt de rechtbank mee dat het inwoneraantal van de EU ongeveer 1/14e deel van de wereldbevolking is en de inwoners van de EU bovengemiddeld toegang hebben tot cryptovaluta. Er bestaat dus voor 75% recht op aftrek van btw.

Noot fiscaal jurist over bitcoin en BTW

De vraag is eerst of de Belastingdienst in hoger beroep gaat. Die kans is zeker aanwezig. De rechtbank gaat in deze zaak in vergaande mate mee met de belastingplichtige en zeker over de bewijswaardering met betrekking tot de vestigingsplaats van de afnemers, zal de Belastingdienst een andere mening zijn toegedaan. Positief is dat de rechtbank zich duidelijk over deze kwestie heeft uitgesproken en ernaar streeft om cryptobegrippen juridisch te duiden. Dat levert naar de toekomst toe zekerheid op voor zowel belastingplichtige en zijn adviseur als de Belastingdienst.

Wij hebben momenteel veel vooroverlegtrajecten lopen met de Belastingdienst. Daarin proberen wij voor cryptobezitters tot duidelijke afspraken te komen over de fiscale interpretatie van hun activiteiten. Gezien de vaak grote financiële belangen is zekerheid van groot belang. In de meeste dossiers komen wij tot een uitkomst die zowel voor de Belastingdienst als voor de belastingplichtige aanvaardbaar is. Toch is er soms geen ontkomen aan dat over zaken een te afwijkende mening bestaat. Als er vervolgens in overleg niet uitgekomen kan worden, dient beoordeeld te worden of een bezwaar- en beroepsprocedure het passende middel is. Soms zijn de belangen daarvoor niet groot genoeg, soms juist wel. In het gehele traject kunnen ondergetekenden u bijstaan. Benader hen daarom gerust en rechtstreeks via onderstaande contactinformatie.

Bron BTW en crypto

Uitspraak van de rechtbank

Deel deze pagina

Laatste update op 04-01-2022
Artikel gemaakt op 17-10-2021
Dit artikel (of blog of voorbeeldovereenkomst) is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in dit artikel kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in dit artikel dient derhalve niet als fiscaal/juridisch advies te worden beschouwd. Jongbloed Fiscaal Juristen N.V., haar medewerkers en of haar vestigingen/deelnemingen aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit het artikel.
U bevindt zich hier : Jongbloed Fiscaal Juristen Kennisbank Inkomstenbelasting Box 3 Besparen in box 3 Crypto munt en belastingen Crypto minen en btw-aftrek

Jongbloed Fiscaal Juristen - Disclaimer - Zoeken - Sitemap