vertaal/translate print sitemap zoeken disclaimer contact

Uitzendbureau en belastingen

Sectoraansluiting; wanneer is sprake van ter beschikking stellen van personeel?

Met de introductie van de Wet Arbeidsmarkt in Balans per 1 januari 2020 zijn de regels voor de sectorindeling voor uitzendbedrijven veranderd. Voor werkgevers heeft de overheid ook een checklist bedacht. De aanleiding voor dit artikel is een opmerkelijke uitspraak van het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden in november 2025 inzake de sectorindeling bij een bedrijf op het gebied van management en bedrijfsvoering. Welke sector is van toepassing (a) uitzendbedrijven of (b) zakelijke dienstverlening?

Wanneer sectorindeling uitzendbureau van toepassing?

Een van de belangrijkste criteria om in de sectorindeling voor uitzendbedrijven te vallen is het bestaan van een zogenoemde uitzendovereenkomst (artikel 7:690 Burgerlijk Wetboek). Kenmerk van een uitzendovereenkomst is het feit dat deze overeenkomst zo is ingestoken dat de werknemer wordt ingezet bij een derde, om onder diens leiding en toezicht werkzaamheden te verrichten.

Een gewijzigde sectorindeling naar de sector uitzendbedrijven is op zich al vervelend omdat de premies in deze sector beduidend hoger zullen uitvallen. Nog vervelender is dat de indeling in deze sector (52) met terugwerkende kracht kan plaatsvinden indien:

  • de onjuiste indeling een gevolg is van het feit dat aan de werkgever kan worden toegerekend of
  • hem redelijkerwijs kenbaar had kunnen zijn, en
  • waardoor de werkgever is bevoordeeld (een premievoordeel heeft gehad).

De financiële impact van een indeling in de sector uitzendbedrijven (met terugwerkende kracht) is daardoor aanzienlijk. In de praktijk wordt de toerekening van de onjuiste indeling c.q. de kenbaarheid veelal opgehangen aan het feit dat de Wet Arbeidsmarkt in Balans is gepubliceerd in de Staatscourant en dat de gewijzigde uitzendregels ook zijn gepubliceerd in andere publicaties (waaronder bijvoorbeeld de Nieuwsbrief loonheffingen 2020).

Punt is uiteraard dat ingeval een werkgever van mening is dat zijn medewerkers niet werken onder leiding en toezicht van een derde alle publicaties niet zullen hebben geleid tot een verzoek tot aanpassing van de sectorindeling. Een goede voedingsbodem dus voor geschillen met de Belastingdienst en beroepsprocedures.

Procedure sectorindeling bij IT bedrijf

In de procedure bij het Gerechtshof Den Haag d.d. 7 februari 2023 (ECLI:NL:GHDHA:2023:190) ging het om een IT-bedrijf waarvan de werknemers werkten bij opdrachtgevers van de werkgever. Het Gerechtshof beoordeelt in deze procedure of de gesloten arbeidsovereenkomst met de medewerkers kan worden aangemerkt als een uitzendovereenkomst. Het Gerechtshof oordeelt als volgt:

  • “Of de desbetreffende werknemers een vast dienstverband met hun werkgever hebben en of die werknemers over capaciteiten beschikken die de derden, waar zij te werk worden gesteld, niet zelf in huis hebben is niet van belang. Uit de toelichting op bedoeld artikel blijkt dat de wetgever heeft beoogd dat ook andere driehoeksrelaties dan de – kort gezegd – ‘klassieke uitzendrelatie’ onder de reikwijdte van de bepaling zouden vallen, mits aan de begripsomschrijving wordt voldaan (Kamerstukken II 1996/97, nr. 25 263, nr. 3, p. 9-10). Vergelijk Hoge Raad 4 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2356, r.o. 3.3 en 3.4.2.

Uit de (inhoud van de) door belanghebbende onder 2.7, 2.10.2 en 2.12.1 genoemde overgelegde stukken, meer in het bijzonder de arbeidsovereenkomsten en de overgelegde opdrachtbevestigingen, volgt dat belanghebbende de [Professionals] in dienstverband neemt met de schriftelijk overeengekomen intentie deze ter beschikking te stellen van opdrachtgevers. Deze terbeschikkingstelling geschiedt tegen een door belanghebbende vastgesteld bedrag per uur, waarbij de werkzaamheden op locatie van de opdrachtgever worden verricht. De opdrachtgever geeft belanghebbende een opdracht en de best gekwalificeerde en bij de opdracht passende [Professional] wordt door belanghebbende geplaatst op die bepaalde opdracht. Verder blijkt uit de (diverse) opdrachtbevestigingen dat de opdrachtgever een urenstaat/maandstaat bij dient te houden van de door de [Professional] gewerkte uren en deze bij belanghebbende dient in te leveren ter bepaling van het totaalbedrag van de door belanghebbende aan opdrachtgever te verstrekken factuur. Belanghebbende verwerft dus geen opdracht die hij naar eigen inzicht kan uitvoeren, maar stelt een [Professional] ter beschikking aan de opdrachtgever tegen een vooraf overeengekomen bedrag per uur. Anders dan belanghebbende stelt, is wel degelijk sprake van het ter beschikking stellen van arbeidskrachten aan een derde als bedoeld in artikel 7:690 BW.

Voor de beantwoording van de vraag of sprake is van “toezicht en leiding” zijn dezelfde maatstaven van toepassing als gelden voor de beantwoording van de vraag of sprake is van een gezagsverhouding als bedoeld in artikel 7:610 BW (de arbeidsovereenkomst) (vgl. Hoge Raad 4 november 2016, ECLI:NL:HR:2016:2356). Hierbij geldt dat een gezagsverhouding (ook) kan worden aangenomen als de opdrachtgever met betrekking tot de werkzaamheden in principe opdrachten en aanwijzingen kan geven die de arbeidskracht dient op te volgen. In hoeverre daadwerkelijk opdrachten en aanwijzingen worden gegeven is op zichzelf niet doorslaggevend.”

  • Samengevat geeft het Gerechtshof in deze uitspraak dus aan dat het kunnen geven van aanwijzingen voldoende is om te concluderen dat ‘leiding en toezicht’ bij een derde ligt. Een redelijk verstrekkende conclusie die in potentie veel arbeidsrelaties onder het bereik van een uitzendovereenkomst brengt.

Sectorindeling bij interim management en advies bedrijfsvoering

Het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden d.d. 11 november 2025 ECLI:NL:NL:GHARL:2025:7177) nuanceert de eerdere uitspraak van het Gerechtshof Den Haag behoorlijk. Deze procedure ziet op een bedrijf dat zich bezig houdt met advisering op het gebied van management en bedrijfsvoering.

De Inspecteur stelt in deze procedure dat de consultant ter beschikking is gesteld aan de opdrachtgever om onder diens leiding en toezicht te werken. Hij stelt zich op het standpunt dat de opdrachtgever aanwijzingen en instructies kan geven en dat er om die reden sprake kan zijn van geven van leiding en het houden van toezicht.

Het Gerechtshof concludeert nu dat niet wordt gwerkt onder leiding en toezicht van een derde en overweegt daarbij:

  • “Anders dan in het rapport van het indelingsonderzoek (..) staat, is noch in de arbeidsovereenkomsten, noch in de overeenkomsten met de opdrachtgever overeengekomen dat de instructiebevoegdheid ligt bij de opdrachtgever. Dat de arbeidsovereenkomsten de mogelijkheid open laten dat onder leiding en toezicht van een derde wordt gewerkt, betekent nog niet dat van die mogelijkheid in betekende mate gebruik is gemaakt. Uit het overzicht van belanghebbende (….) volgt dat daarvan ook inderdaad in enige mate sprake is. Naar het oordeel van het Hof is het logisch dat consultancywerkzaamheden als de onderhavige (mede) worden uitgevoerd bij de opdrachtgever en dat verhindering van de consultant aan de opdrachtgever wordtgemeld. De adviezen hebben immers betrekking op diens organisatie en daarvoor zal een onderzoek van die organisatie en de verbetermogelijkheden grotendeels ter plekke moeten worden uitgevoerd. De aard van de werkzaamheden brengt mee dat veelvuldig wordt overlegd met (medewerkers van) de opdrachtgever, zodat melden van verhindering vanzelfsprekend is. Daarom ligt ook voor de hand dat overleg plaatsvindt tussen opdrachtgever en consultant en dat werkzaamheden in samenwerking worden verricht. Ook is het logisch dat de overeenkomst betrekking heeft op (een) bepaalde met name genoemde consultant(s). Voor een goed resultaat is de specifieke kennis en ervaring van de consultant belangrijk en moet er een klik zijn tussen de consultant en de organisatie. Dat alles brengt niet mee dat de opdrachtgever leiding en toezicht kan uitoefenen op de werkzaamheden van de consultant.

Dat de werkzaamheden tevoren zijn omschreven en dat de consultant zich aan die omschrijving moet houden, is een kenmerk van de overeenkomst van opdracht. Daarin past ook dat de verlangde prestaties nader worden bepaald door het geven van opdrachten en instructies.1 Ook dit maakt niet dat de opdrachtgever leiding en toezicht kan uitoefenen. De Inspecteur maakt tegenover de betwisting door belanghebbende niet aannemelijk dat consultants worden ingezet op interne projecten van de opdrachtgever en dat de opdrachtgever

Noot fiscaal jurist inzake advisering sector indeling

De sectorpremie en uniforme AWf premie zijn met de uitvoering van de WAB komen te vervallen. Vanuit de praktijk bleek deze premie vaststelling niet te werken zoals het zou moeten. Het idee achter de sectorindeling was dat sectoren de WW premie laag konden houden als de werkeloosheid binnen de sector laag zou blijven. Werkgevers worden ingedeeld in een sector op basis van de werkzaamheden.

Deze benadering maakt dat bij organisatieadviesbureau’s en IT-bedrijven en andere soortgelijke bedrijven veel minder snel een uitzendovereenkomst kan worden aangenomen. De laatste procedure maakt dat op zijn minst verdedigbaar wordt voor soortgelijke bedrijven dat zij zich niet hebben gemeld voor een gewijzigde sectorindeling. Dat betekent dat een indeling met terugwerkende kracht in ieder geval niet aan de orde is. Los daarvan kan op basis van deze procedure worden geconcludeerd dat er een echt verschil is tussen uitzenden/detacheren en het verlenen van diensten door professionals van onder meer organisatieadviesbureau’s, ook al werken zij op urenbasis bij de opdrachtgever. Heeft u vragen of een discussie met de belastingdienst? Laat het ons gerust via onderstaand formulier weten of neem contact op met één van onze specialisten.

Discussie over sectorindeling? Wij adviseren u vlot en kundig via onze specialisten

Bedrijfsnaam

*

Naam

*

Aantal medewerkers

Bent u tevreden over uw belastingadviseur :

Wilt u een vrijblijvende offerte / advies ontvangen?

Opmerkingen/vragen

Ja, ik ga akkoord met de verwerking van mijn gegevens. Jongbloed Fiscaal Juristen NV mag mij per e-mail info sturen en mijn persoonlijke gegevens gebruiken om mijn interessegebieden vast te stellen zoals hier beschreven, en ik ben me ervan bewust dat ik op elk moment mijn toestemming kan intrekken.

Deel deze pagina

Laatste update op 25-11-2025
Artikel gemaakt op 25-11-2025
Dit artikel (of blog of voorbeeldovereenkomst) is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in dit artikel kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in dit artikel dient derhalve niet als fiscaal/juridisch advies te worden beschouwd. Jongbloed Fiscaal Juristen N.V., haar medewerkers en of haar vestigingen/deelnemingen aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit het artikel.
U bevindt zich hier : Jongbloed Fiscaal Juristen Kennisbank Uitzendbureau en belastingen Sectorindeling en beschikking stellen personeel

Jongbloed Fiscaal Juristen - Disclaimer - Zoeken - Sitemap